Alleen de wind weet waar ik ben

2000 kilometer wildernis te voet

Bart zijn vijfde boek is nu overal te koop.


Na het overlijden van zijn vader krijgt Bart niet de gelegenheid dit verlies te verwerken. Hij kampt ook met een ongelukkig huwelijk. Bart besluit zijn rugzak te pakken en te verdwijnen in de Canadese wildernis. Hier heeft hij al eerder de ruimte gevonden. Zijn plan is eenvoudig, vanuit een Inuit kamp aan de arctische kust van het Yukonterritorium, wil hij simpelweg dwars door de wildernis naar het zuiden trekken tot een kleine nederzetting in midden Brits Columbia. Het zal een monstertocht van 2.000 kilometer te voet worden.

Het eerste traject loopt over de eindeloze toendra waar hij dagenlang door een rivier loopt omdat er anders geen doorkomen aan is. Tijdens de eerste weken door de toendra zijn zijn gedachten voortdurend ergens anders. Heel langzaam komt zijn geest tot rust en leeft hij meer in het nu. Naarmate de tocht vordert, worden zijn zintuigen scherper en heeft hij oog voor de omgeving. Bart trekt door onbeschrijflijk mooie gebieden en heeft tijdens zijn trektocht geweldige ontmoetingen met wolven, beren, kariboes en elanden.

Na de toendra volgen de uitputtende naaldwouden, de bergen, rivieren en steile ravijnen. Bart worstelt niet alleen met de vele wilgen op zijn pad maar ook met door 'moeten' gaan. De unieke vrijheid van de wildernis geeft hem de gelegenheid om het een en ander te verwerken en zijn persoonlijke weg te volgen. Hij ontmoet reusachtige elanden en zeer gastvrije mensen in de wildernis. Ook beleeft hij, soms iets te, spannende momenten met grizzlyberen en ander groot wild.


Over deze solotrektocht heeft Bart jarenlang honderden lezingen door heel Nederland gegeven waarbij hij gebruik maakte van de vele foto's die tijdens deze tocht zijn gemaakt. Diverse foto's staan ook in dit boek.

Een fragment uit dit boek.

Ik heb als een blok geslapen en lig nog na te doezelen. Er zijn veel redenen om weer wakker te worden: het lichaam is uitgerust en hervat zijn dagelijkse taak, of het onderbewustzijn constateert een verandering in de omgeving. Waar ben ik? Mijn geheugen laat me in de steek, de hele omgeving is uit mijn geest verdwenen. Mijn ogen openen zich heel langzaam en onmiddellijk is de aanwezigheid van andere wezens voelbaar. Voorzichtig rits ik de tent open en kijk recht in de snuit van een grijze wolf met donkergrijze tot zwarte flanken! Minutenlang begluren wij elkaar. Hij snuift zo nu en dan wat lucht op en snuffelt wat onverschillig aan een struikje terwijl hij mij steeds in de gaten houdt. Dan begint de wolf nieuwsgierig aan mijn uitrusting te snuffelen en slentert rond het gedoofde kampvuur. Wat een prachtig dier, zwaargebouwd, krachtige poten en een slank achterlijf. Ongetwijfeld ruikt hij de geur van mijn geroosterde sneeuwhaas. Ik pak mijn camera, maar de lens beslaat. Voorzichtig kruip ik uit mijn tent, de wolf doet een paar passen achteruit. Heel kalm trek ik mijn kleren aan en begin daarna met het inpakken van de rugzak. Geruisloos breek ik mijn tent af. De lens is nog steeds beslagen. De wolf is een en al belangstelling, soms gaat hij er zelfs op zijn gemak bij zitten. Dan valt vanuit mijn ooghoek een grijze beweging op, een andere wolf nadert het kamp. Het is een magere wolvin met een droevige blik in de ogen. Ze heeft opgezwollen tepels en is broodmager. Ze heeft jongen gebaard, de zware last van het moederschap heeft zijn tol geƫist, honger en vermoeidheid hebben plaats gemaakt voor de drang tot opvoeden en overleven. Wantrouwend blijft ze op een afstand van veertig meter de kampactiviteiten observeren. Als mijn rugzak bijna is ingepakt blijven beide wolven mij vragend, bijna smekend aanstaren. Zacht pratend op een lage toon loop ik naar mijn volle voedselzak in de boom, haal hem met enige moeite eruit en probeer hem in de barstens volle rugzak te persen. Dan staan al hun zintuigen op scherp, de sneeuwhazengeur ontsnapt uit de plastic zak en zweeft naar de wolvensnuiten. De wantrouwende wolvin is nu een en al belangstelling. Een sprankje overlevingsdrift geeft haar de verantwoording van het moederschap terug, de geur van voedsel, de geur van overleven en de dood. In een opwelling breek ik de rug van de haas doormidden en loop in de richting van de wolvin en werp het bovenlijf naar haar toe. Even deinst ze terug, kijkt mij onzeker aan, maar dan neemt ze voorzichtig het gerookte hazenkadaver in de bek. Met glinsterende ogen kijkt ze mij enige tijd aan en drentelt weg, achtervolgd door de reu. Heeft ze tranen in haar ogen? De wolven verdwijnen, mij met een brok in de keel achterlatend. Dat wordt een feestmaal, gebraden sneeuwhaas, dat zullen ze niet meer mee maken in hun wildernisleven.

ISBN: 9789464806588 hardcopy
ISBN: 9789464925326 e-book
Koop hier het hardcopy boek Alleen de wind weet waar ik ben of het e-book

Eerder verschenen boeken:



boek Reis door de Grote Leegte
boek Kampvuur in berenland boek De verborgen weg van Karate-do boek Dienstmakkers